Voor je het weet ben je

SameneenKerk

‘Voor je het weet ben je samen een kerk’

Parelwitte stranden, helderblauwe zeeën, heerlijk eten en een gastvrije bevolking. Het Indonesische eiland Bali heeft alle ingrediënten voor een perfecte vakantie. Dat beeld van Bali hebben we niet alleen in Nederland. Ook op andere Indonesische eilanden zien de inwoners Bali als hét paradijs. Niet vanwege de mooie natuur, maar vooral door de toeristen die er komen. Zij zien Bali als dé kans op een nieuwe toekomst. “Maar de meeste mensen die hier komen voor een baantje in de toeristensector zien hun prachtige droom al heel snel instorten”, vertelt Eko, voorganger van een plaatselijke kerk ‘Baptist Church’ in Denpasar.

Voorganger Eko is een echte Balinees en kent de problemen op het eiland als geen ander. Hij ziet elke week gezinnen vanaf andere eilanden naar de stad Denpasar op Bali komen, op zoek naar werk. Maar ook op Bali is bijna geen werk meer te krijgen en de mensen zijn meestal ongeschoold. Veel van hen eindigen op de vuilnisbelt aan de rand van de stad. Daar sorteren ze afval voor een paar euro per dag. De etensresten gebruiken ze om zelf van te eten.

Door sociale druk maken families enorme kosten voor bijvoorbeeld bruiloften en begrafenissen. Arme gezinnen bouwen hierdoor enorme schulden op. Kinderen krijgen te maken met verbaal, seksueel en fysiek geweld en raken vaak ondervoed doordat er niet voldoende eten is. Ze zijn extra kwetsbaar voor misbruik als ze door werkende ouders worden achtergelaten bij familie, buren of vage kennissen. 

Een grote glimlach
In 2002 kon Eko de ellende niet langer aanzien en besloot hij om samen met zijn vrouw in actie te komen. Ze startten een school en deelden voedsel uit aan de gezinnen. Zo hoopte Eko de kinderen een andere toekomst te bieden. Als de mensen hem vroegen waarom hij als echte Balinees met zo veel liefde voor ze zorgde, terwijl ze van ver kwamen, dan kon Eko niet anders dan met een grote glimlach vertellen over de Liefde van Jezus. “Zo is eigenlijk mijn werk als voorganger begonnen. Zonder dat ik het doorhad was ik een kerk aan het starten. Ik was het niet eens van plan! Maar de één na de ander leerde de Liefde van Jezus kennen. We kwamen steeds vaker bij elkaar, bestudeerden de Bijbel en voor je het weet ben je samen een kerk.”

De mensen bleven naar Bali komen, de kerk groeide en ook zijn schooltje werd steeds groter. In 2011 schakelde Eko de hulp van Compassion in. Compassion en de kerk startten samen een project voor kinderen van de vuilnisbelt. Door onderwijs hebben de kinderen een veel betere kans op een goede baan later. De gezonde voeding, goede medische zorg en lessen over hygiëne die de kinderen krijgen, zijn van levensbelang in een omgeving waar ziektes heel snel worden verspreid via ongedierte en afval.

‘Juist omdat we alle kinderen helpen is er vrede!’

Liefde brengt de bevolking samen
Er is meer positieve impact. In deze gemeenschap leven de verschillende bevolkingsgroepen in vrede met elkaar. Het Compassion-project en de kerk helpen altijd eerst de armste gezinnen en maken daarin geen onderscheid tussen achtergronden. In het project zitten kinderen met een islamitische, hindoeïstische en christelijke achtergrond en zelfs vanuit traditionele Indonesische religies. “Juist omdat we als kerk alle kinderen helpen, is er vrede en zoeken mensen elkaar op”, vertelt Eko. Frans Rengrengulu van Compassion Indonesië vult aan: “Er is in Indonesië regelmatig geweld tussen verschillende bevolkingsgroepen, maar we hebben gemerkt dat wanneer je vanuit liefde de kinderen met verschillende achtergronden helpt, dit mensen dichter bij elkaar brengt. Er gebeuren prachtige dingen.” Voorganger Eko knikt bevestigend. Hij begint te vertellen: “Een goed voorbeeld is Indra. Ze heeft een moslimvader, een hindoemoeder en nog eens zes broertjes en zusjes. Sinds Indra en haar broertje naar het project gaan, verandert hun gedrag op een positieve manier. Ze zijn liever voor anderen dan eerst, doen goed mee en helpen in huis. Het valt zelfs hun ouders op. Nu hebben we regelmatig gesprekken met de ouders omdat ze vragen stellen en geïnteresseerd zijn in de Liefde van Jezus. Het is bijzonder hoe dit heel automatisch en ontspannen gaat.”

Met veel passie vertelt voorganger Eko de verhalen. Hij heeft een grote liefde voor de mensen die van Sumba naar zijn eiland Bali komen. “Sumba is achtergesteld. Niet alleen omdat ze daar bijna geen inkomsten vanuit het toerisme hebben, maar ook omdat er minder voorzieningen zijn. Ziekenhuizen, wegen, alles is van mindere kwaliteit of zelfs niet aanwezig. De mensen lijden daaronder en ik vind het belangrijk om ze te helpen. Het is een mooie samenwerking tussen Compassion en de kerk.” Inmiddels is het merendeel van de projectmedewerkers in het project van voorganger Eko afkomstig van Sumba. Zij zijn voor de kinderen het levende voorbeeld dat er ook voor hen een hoopvolle toekomst is.

“In het prachtige werk van de Gemeente van Jezus in Indonesië staan twee woorden centraal: de gave en de Gever. Zij investeren in kinderen door hen de gave te geven: voedsel, medische zorg en scholing. Maar zonder de Gever mis je iets. De kerk van Jezus in Indonesië laat de kinderen ook kennismaken met de Gever van die gaven. Dat inspireert mij enorm. Ik wil elke gelovige aanmoedigen om naast de gave, ook de Gever te brengen. De kerk van voorganger Eko uit dit verhaal is daar een heel mooi voorbeeld van.”